4.6 Verschillenanalyse

In de begroting van het project invoeren omgevingswet was rekening gehouden
met hogere inhuurkosten, maar door meer inzet van eigen personeel is er een
voordeel ontstaan.
Ook zijn een aantal geraamde werkzaamheden, zoals experimenteren,
workshops, trainingen en de communicatie, deels doorgeschoven naar 2022. 

De werkzaamheden voor de 1e fase van Groen Groeit Mee zijn afgerond. De
voorbereidingen voor de 2e fase duurde langer dan verwacht. Er is deels een
start gemaakt met de acties uit de 2e fase voor Groen Groeit Mee. De meeste
acties starten pas echt in 2022.

Er is sprake van een onderbesteding bij het Netwerk Omgevingsgericht Werken
(NOW) op het materiële budget. Daar liggen een aantal zaken aan ten grondslag.
Het NOW is in 2021 gestart en kende een opstartfase, waarin ook nieuwe pro-
jecten en adviezen werden opgestart. In die opstartfase zijn vooral voor-
bereidende werkzaamheden getroffen, hetgeen leidde tot een achterstand in
bestedingen.
Daarnaast werkt het NOW veel samen met externe partijen en daarmee ook
besluitvorming buiten, dat maakt uitgaven lastig te plannen. Ook kennen veel
werkzaamheden een doorlooptijd in het volgende boekjaar. Tenslotte is er
sprake geweest van uitval van een aantal medewerkers, waardoor het
bestedingstempo niet in de pas bleef lopen bij de eerdere verwachtingen.

De onderschrijding bij het programma Versnellen Woningbouw wordt voornamelijk
veroorzaakt door het niet doorgaan van een subsidiebedrag van €  1 miljoen.
Het betrof de intentie tot cofinanciering bij de Woningbouw Impuls (WBI) aanvraag
van Houten bij ministerie van BZK. Uiteindelijk heeft de gemeente Houten deze WBI
aanvraag niet ingediend bij BZK en wij hebben dus ook niet gecofinancierd. Door de
onderbesteding wordt er € 1mln. minder onttrokken uit de reserve. Bij deze jaarrekening
is een voorstel opgenomen dit bedrag uit de reserve vrij te laten vallen ten gunste
van de algemene middelen.

De realisatie van het uitvoeringsprogramma van de Regiodeal Vitale Wijken heeft
in 2021 vertraging opgelopen. De voortgang van projecten is in hoge mate
afhankelijk van participatieprocessen in de wijken met bewoners, professionals
en andere belanghebbenden. Vanwege de beperkende coronamaatregelen
moesten fysieke bijeenkomsten en activiteiten worden beperkt en soms
uitgesteld. Dit heeft ook impact gehad op de uitvoering van het kennis-en
monitoringsprogramma omdat doelen en ambities veelal nog in beweging
waren en daarmee de keuze van te monitoren indicatoren en dataverzameling
moest worden uitgesteld. Inmiddels is gebleken dat het participatieve deel van
het monitoringsprogramma verder moet worden versterkt en meer maatwerk
moet worden geleverd om voldoende gegevens op wijkniveau te kunnen
genereren. Dit participatieve deel wordt nader uitgevoerd zodra de
coronabeperkingen dit toelaten.