Saldireserve | |
---|---|
Doel reserve | Opvang van rekeningsaldi en onvoorziene mee-/tegenvallers |
Instellingsbesluit | PS stelt jaarlijks bij de vaststelling van de jaarrekening het bedrag vast dat wordt toegevoegd aan de algemene (lees: saldi-) reserve. |
Kenmerken van de reserve | |||
Soort reserve | Algemene reserve | ||
---|---|---|---|
Functie | Algemeen | ||
Voeding | Positieve rekeningsaldi; incidentele meevallers | ||
Minimum bedrag | 0 | Maximum bedrag | 999999999 |
Eindjaar | 9999 | ||
Toereikendheid | De reserve is toereikend voor de nu bekende en begrote onttrekkingen uit het meerjarenbeeld van de primaire Begroting 2022. | ||
Vrije ruimte | De reserve bedraagt per eind 2025 circa € 53 mln. indien rekening wordt gehouden met de reeds opgenomen meerjarige onttrekkingen uit de primaire Begroting 2022. Dit saldo is exclusief de bestemming van het resultaat van 2021 en eventuele overige voorstellen. | ||
Nut en noodzaak | Deze reserve is wettelijk verplicht om aan te houden. | ||
Bestedingsplan | In de primaire Begroting 2022 zijn diverse onttrekkingen voorzien voor de jaren t/m 2025, en een beperkte storting in 2025. Per saldo neemt de reserve daardoor af in die jaren met een bedrag van € 104,3 mln. | ||
Voorwaarde besteding | PS besluit over de inzet van de saldireserve. | ||
Concrete verplichting | N.v.t. | ||
Relevante ontwikkelingen | N.v.t. | ||
Mate van doelrealisatie | N.v.t. | ||
Risico's | N.v.t. | ||
Bijzonderheden | N.v.t. |
Primaire begroting 2021 | Bijgestelde begroting 2021 | Rekening | Verschil | ||
Stand van de reserve per 01-01-2021 | 66.673 | ||||
Storting | 57.230 | 98.760 | 122.976 | 24.216 | |
Onttrekking | -15.000 | -31.963 | -31.963 | ||
Stand van de reserve per 31-12-2021 | 157.686 |
Toelichting mutaties reserve 2021 |
---|
De begrote storting in 2021 betreft de verwerking van de bestemmingsvoorstellen vanuit de jaarrekening 2020 (€ 12,766 mln.), het voordelige begrotingsverschil van de primaire begroting 2021 (€ 3,231 mln.), en de begrote vrijval in de primaire begroting 2021 vanuit de bestemmingsreserves Mobiliteit (€ 50 mln.) en Landelijk gebied (€ 4 mln.). Aanvullend is in de Zomernota 2021 gemeld dat er middelen vrijvallen vanuit de reserve Mobiliteit (€ 13,365 mln.), reserve ICT (€ 1,671 mln.), reserve weerstandsvermogen (€ 3,25 mln.) en de Covid-reserve (€ 11,477 mln.). Deze begrote mutaties zijn allemaal als zodanig verwerkt. Het verschil tussen de realisatie en de begroting betreft de verwerking van het voordelige jaarrekeningresultaat 2020 (€ 24,2 mln.). |